Het verhaal van Sarah

September 2011 - Hoera! Zwanger!

Het is begin september wanneer we het goede nieuws vernemen. Eindelijk is het zover. Ik en mijn man verwachten een kindje. Het zwanger geraken liep niet van een leien dakje. Zeer onregelmatige cycli zorgden ervoor dat we een jaar geduld moesten hebben. Maar, nu het toch zover is, loop ik op een roze wolk. De eerste echo bij de gynaecoloog volgt. Ongeduldig wacht ik mijn beurt af tot ik eindelijk een blik op ons ukkepukkietje kan werpen. Ik ga alleen naar de afspraak, want mijn man moet nog werken en kan op dat moment moeilijk verlof nemen. De gynaecoloog start aan het onderzoek en komt met verrassend nieuws. Niet één, maar 2 kindjes! Dolgelukkig bel ik mijn man op en vertel dat we een Ukkietje én een Pukkietje verwachten. We besluiten dat we het nieuws niet voor onszelf willen houden en lichten familie en vrienden in.

Oktober 2011 – Die ene echo

De zwangerschap vlot en ik voel me nauwelijks misselijk. Ik straal van geluk en laat iedereen weten hoe het met ons gaat. Familie, vrienden, collega’s… Iedereen is op de hoogte en enthousiast. Maar dan krijgen we totaal onverwachts slecht nieuws. Tijdens een gynaecologisch onderzoek wordt het opeens heel stil in de kamer. De gynaecoloog bekijkt de baby’s uitvoering, maar zegt niets. Ik voel hoe de paniek me besluipt en kijk naar mijn man. Ook hij merkt dat er iets niet klopt, maar heeft geen antwoorden. Na een minutenlange stilte geeft de gynaecoloog eindelijk het nieuws. Ukkietje is een levendig baby’tje. Hij stelt het goed. Maar over Pukkietje krijgen we dramatisch nieuws. Hij lijdt aan de extreemste vorm van open ruggetje. Hierdoor werd zijn schedeldakje niet gevormd. Ons verder zo perfect baby’tje zal daardoor niet levensvatbaar zijn. We krijgen een verdere uitleg van de gynaecoloog met alle mogelijke scenario’s. Eén ding staat echter vast: Pukkietje zal ofwel de zwangerschap niet overleven, ofwel de geboorte niet.

Oktober 2011 – De keuze

We krijgen twee keuzes. De eerste optie is om de zwangerschap verder te zetten zonder medische ingreep. De kans bestaat dan echter dat Ukkietje ook in de problemen geraakt en te vroeg wordt geboren. De tweede optie omvat een medische ingreep waarbij de groei van Pukkietje wordt stopgezet. Doordat beide baby’s aparte vruchtzakken hebben, kan deze ingreep zonder al te veel risico’s gebeuren. Ik en mijn man zijn beide realistisch en nemen de hartverscheurende keuze om de zwangerschap van Pukkietje stop te zetten zodat Ukkietje alle kansen krijgt om te groeien.

17 november 2011 – De ingreep

Op 17 november rijden ik, mijn man en mijn ouders naar het Universitair Ziekenhuis van Leuven, Gasthuisberg. Mijn vader zit aan het stuur. Het blijft de hele rit muisstil. Ik ben op dat moment 14 weken zwanger van onze tweeling. Het idee dat we straks naar huis gaan met één levende baby minder in mijn buik, verdring ik. De ingreep zelf verloopt zonder problemen en een half uur later word ik gewoon weer naar huis gestuurd alsof er niets is gebeurd. Ook de terugweg verloopt in stilte. Diep vanbinnen huil ik en zou ik wel willen schreeuwen, maar ik zeg niets. Een week later sta ik alweer voor de klas, nog steeds met de glimlach. Het is het begin van een zeer verwarrende periode. Mijn gevoelens en gedachten springen alle kanten uit. Ik voel me schuldig, maar ben nog steeds dolblij dat we een kindje mogen verwelkomen in mei.

December 2011 – mei 2012 – De zwangerschap

De rest van de zwangerschap verloopt probleemloos. Ik voel me prima, zeg ik, maar eigenlijk zit ik in overlevingsmodus. De gynaecoloog blijft me goed opvolgen, maar gaat zeer licht over het verlies van Pukkietje heen. In mijn moederboekje wordt de code die aangaf dat het een tweeling betrof eenvoudigweg geschrapt. Eén zwarte streep en nieuwe code verandert mijn zwangerschap naar een eenling. Alsof Pukkietje nooit heeft bestaan.

9 mei 2012 – Naar het ziekenhuis

Het is woensdag 9 mei 2012 wanneer mijn water breekt. Ik roep mijn man, die op dat moment in de zetel geniet van alle rust rondom hem. We nemen onze spulletjes en gaan naar het ziekenhuis. De woensdagnamiddag en -avond gaan in een roes aan me voorbij. Ik heb veel pijn, maar weiger dapper een epidurale verdoving. In de late uurtjes volgt dan toch de beslissing om een keizersnede te doen. Zowel ik als Ukkietje geraken uitgeput. Ukkietjes hartslag daalt bij elke wee. De dokter neemt geen risico en ik word naar het operatiekwartier gebracht.

10 mei 2012 – Hoera, een jongetje!

Op 10 mei 2012, om 00u15, wordt Arne geboren. Hij is een flinke jongen en laat zich meteen horen. Terwijl ik nog op de operatietafel lig, probeer ik de gynaecoloog aan te spreken. Ik vraag haar of ze iets kan zien van Pukkietje. De gynaecoloog van dienst mompelt van wel, maar gaat daarna onverstoorbaar verder. Ik ben zo moe en zo uit mijn lood geslagen door haar kille reactie dat ik er niet verder op inga. Ons verblijf op materniteit is er verder één uit de duizend. Zorgzame verpleegsters staan ons dag en nacht bij om alles zo vlot mogelijk te laten verlopen. Toch is er geen enkele verpleegster die ons aanspreekt over het verlies van ons kindje. Wederom lijkt iedereen Pukkietje te vergeten.

12 januari 2015 – Een tweede zoon

Joepie! Een tweede flinke zoon vervolledigt ons gezin. We geven hem de naam Siebe. Hij is een pittig kereltje. Een heel ander en vuriger karakter dan Arne.

Januari 2016 – Mental breakdown

Mijn lichaam is op. Een voltijdse baan en de zorg voor twee kleine kinderen eisen hun tol. Ik breek en blijf uiteindelijk 4 maanden thuis. In het begin wil ik niemand zien en enkel maar slapen. Ik schaam me omdat het me niet lukt werk en gezin op een gezonde manier te combineren. Ik ga in behandeling bij een psychologe. Daar praat ik voor het eerst opnieuw over mijn zwangerschappen en het verlies van Pukkietje. De therapie doet me inzien dat ik nog lang niet over het verdriet en schuldgevoel heen ben. We praten vaak en lang. Over alles, over niets. Ze helpt me mijn gevoelens te verwoorden. Heel langzaam groeit het besef dat mijn schuldgevoel niet realistisch is.

Oktober 2016 – Een eerbetoon

Ik praat nog steeds met een psychologe. Ondertussen ben ik 4/5de gaan werken en merk ik dat dit ritme me veel beter bevalt. Ik heb weer tijd voor mezelf en kan werk en gezin beter combineren. Mijn verdriet heeft ondertussen een plaats gekregen. Het litteken blijft, maar de wonde op mijn hart en ziel is gedicht. Ik besluit een tattoo te nemen om Pukkietje te eren. Hij komt op mijn pols; waar iedereen hem kan zien. De tattoo zorgt ervoor dat er opnieuw over Pukkietje gesproken wordt. Collega’s en ook leerlingen spreken me aan en ik vertel ons verhaal.

September 2019 – De praatgroep

In Mol wordt voor het eerst een praatgroep georganiseerd voor ouders die hun kindje verloren. Ik twijfel of ik er ook naartoe zal gaan, maar waag het er toch op. Tijdens de bijeenkomsten met de praatgroep doet het me deugd om met zovele anderen te kunnen spreken en herkenning te vinden in bepaalde situaties en emoties. De gesprekken uit de praatgroep blijven me heel lang bij. Er zijn mama’s die vertellen hoe ze na het overlijden van hun kindje eigen initiatieven opstartten om hun kindjes te gedenken. Dat zet mij ook aan het nadenken. Wil ik zelf eveneens een project uitwerken? En wat zou dit dan inhouden?

Oktober 2019 – Het Solibelli - project

Ik merk dat er in België heel weinig informatie te vinden is over ‘twinless twins’. De term bestaat zelfs enkel in het Engels en er is weinig over bekend. Ik besluit dat hier verandering in moet komen. Openheid en communicatie zijn cruciaal zodat het verlies van een kind bij een meerlingzwangerschap bespreekbaar wordt. Mijn nieuw project rijpt in mijn hoofd en ik bespreek het voorzichtig met een collega. Ook zij is enthousiast. We brainstormen vaak samen en zij geeft me heel wat praktische tips.

November 2019

Het Solibelli-project krijgt steeds meer vorm. Ik praat erover met vrienden en familie. Ik bestel stickers en maak een eerste proefdruk van de poster.

December 2019

Achter de schermen wordt er druk aan de website gewerkt. Ik probeer ook contact te leggen met verschillende ziekenhuizen. Op 23 december is het dan eindelijk zo ver: ik mag mijn project voorstellen in het ziekenhuis in Geel. De hoofdvroedvrouw, An Slegers, is heel vriendelijk en denkt mee na over Solibelli. Ondertussen heb ik ook contact met Christine Vandenhole, de oprichter van het Berrefonds. Dankzij haar mag ik het Solibelli-project gaan voorstellen in Antwerpen.

Januari 2020

1 januari: Dé tijd voor nieuwe voornemens. De website komt online. Wish me luck!

 

Contactgegevens

Solibelli

Sarah Daemen

Pastoor Wuytsstraat 55
2400 Mol

0499 29 19 47
info@solibelli.be